Uit het leven gegrepen

Diaken Leo Kwanten houdt maandelijks samen met bewoners van woonzorgcampus De Maasmeander een bijeenkomst over zingeving en bezinning met diverse onderwerpen.
houvast
draagkracht
verwachtingen
geduld
ontvangen

april 2019 – HOUVAST

zorgzaam – dekenaat Genk

Op de maandelijkse bijeenkomst boog het ‘zingevingsgroepje’ van het woonzorgcentrum ‘De Maasmeander’ zich over het thema ‘houvast’.
De vraag was : ‘waaraan denk je als je het woord ‘houvast’ in de mond neemt?’

Al vlug viel het woord ‘veiligheid’: als je op een moeilijke trap geen leuning bij de hand hebt, voel je je onveilig. Zo’n leuning is een belangrijke houvast, net als een rollator. In een assistentiewoning van de Maasmeander mag je je veilig voelen, want die heb je naar eigen goesting ingericht, daar ben je thuis.

Ook mensen kunnen voor elkaar een houvast zijn, het kan deugd doen als je je verhaal kwijt kan aan iemand die gemeend naar je zorgen luistert, die moeite doet om je te begrijpen en die jouw vertrouwen niet beschaamt. Als je vertrouwen mag hebben in de ander, als je verhaal veilig is bij die ander, dan klikt het. Dan kan je ook praten over diepere waarden, zoals verdraagzaamheid, dankbaarheid, gezondheid, geloof, enz. Zulke warme relaties moet je koesteren, je mag de ander gerust zeggen dat zulke gesprekjes je deugd doen, zo geef je elkaar geborgenheid, dan ben je elkaars houvast.

Iemand vertelde dat in hun familie de meeste bezoekjes en telefoontjes worden afgesloten met de afspraak ‘allez, het beste,tot de volgende, én : we houden het zo …!’

maart 2019 – DRAAGKRACHT

draagkracht - dekenaat Genk

In de Maasmeander bogen acht bewoners zich over het thema ‘draagkracht’. Het woord zegt het zelf : de kracht die een mens nodig heeft om de problemen te dragen die, meestal ongevraagd, op zijn schouders terecht komen. Dat kunnen grote of kleine zorgen zijn om gezondheid, de kinderen, de verstandhouding met anderen, financiële problemen of schulden, over wat er in de wereld allemaal gaande is, enz.
Ieder mens gaat er op zijn eigen manier mee om, dat verschilt van persoon tot persoon, ook van dag tot dag. De ene mens heeft stevigere schouders dan de andere. Niet iedereen heeft de gave om de problemen op te lossen die op hem afkomen. Daar is veerkracht voor nodig en dat is niet iedereen gegeven.
Vroeger, toen wij kind waren in een groot gezin, moesten de moeders vaak zware lasten dragen. Tegenwoordig moeten jonge mensen beantwoorden aan vaak te hoge verwachtingen. Er wordt veel flexibiliteit van hen geëist. Jonge mensen hebben veel nep-vrienden op Facebook, het ontbreekt hen aan echte vrienden bij wie ze terecht kunnen.

Hoe kunnen we onze draagkracht verhogen? Op tijd erover praten, raad vragen, aan de bel trekken, tijd maken voor echte vriendschap, het hoofd helder houden, het probleem onder ogen zien, oefenen in geduld, de lat van de verwachtingen niet te hoog leggen en hulp vragen van Hierboven.

februari 2019 – VERWACHTINGEN

verwachtingen - dekenaat Maasmechelen-Lanaken

Deze keer zaten ze met acht rond de tafel: acht bewoners van de Maasmeander die eens per maand van gedachten wisselen over een ‘serieus onderwerp’. Ditmaal ging het over ‘verwachtingen’. Om met de deur in huis te vallen werd het gesprek geopend met de vraag: “met welke verwachtingen ben je naar de Maasmeander gekomen?” De reacties waren uiteenlopend: om eindelijk eens wat rust te hebben. Of: om wat meer tussen de mensen te komen. Of nog: om me laten verzorgen. En ook: om op mijn gemak te zijn. En zijn al die verwachtingen uitgekomen? Dat hangt ervan af hoe hoog je mikt. Als je te veel verwacht is de kans groot dat het tegenvalt en dan ga je kniezen en klagen. En ‘helemaal niks verwachten’ is het andere uiterste, een mens moet een gezonde portie ambitie hebben.
Je moet de nodige zelfkennis hebben om uit te zoeken hoe hoog je best mikt: door wat laat ik me boeien, wat is haalbaar en waardoor laat ik me (niet) opjagen? De televisie overrompelt je met wereldwijde noden en problemen, een mens zou geen verwachting meer durven koesteren voor zichzelf, zijn kinderen en kleinkinderen. En het gevaar bestaat dat je je volledig in beslag laat nemen door al die problemen. Zo word je een doemdenker en doemdenkers zijn geen aangename mensen. Zorg dus dat je tevreden bent met jezelf, dan ben je ook aangenamer in de omgang met anderen. Zo kan je ook iets betekenen voor de ander, zo kan je tegemoet komen aan zijn verwachtingen, zo kan je ook iets van die ander verwachten. Zo werkt dat. Wat zijn dat toch wijze mensen, die Maasmeanders!

januari 2019 – GEDULD

geduld

Dat was het thema waarover een achttal bewoners van De Maasmeander afgelopen week van gedachten hebben gewisseld.
Geduld: een schone deugd, daar was iedereen het over eens. Maar wat is dat eigenlijk?
Geduld doet op de eerste plaats denken aan ‘wachten’ en dat hebben we in ons leven veel gedaan: op de trein of de bus, op onze beurt in de wachtzaal, op de facteur, op ‘onze vrijer’, op kinderen die te laat thuiskwamen, enz.

Nu we op rust zijn, is dat heel anders.
Nu moeten we soms wachten op personeel.
Maar is dat erg?
We hebben toch tijd genoeg! En ondertussen kan je iets anders nuttigs doen. Het meeste ongeduld zie je aan de kassa van het grootwarenhuis.
Geduld is ook een valkuil wanneer mensen ‘op je systeem’ werken.
Meestal maken we ons druk over bijkomstigheden, maar dat weet je pas achteraf.
Enkele tips om je te oefenen in geduldigheid: eerst tot tien tellen voordat ik iets zeg of aanvaarden dat ik toch niets aan de situatie kan veranderen, ondertussen iets anders nuttigs doen, onderscheid maken tussen hoofdzaak en bijzaak en vertrouwen hebben in de goede afloop …
Ongeduld is ook slecht voor de gezondheid.
Met geduld bereik je nog het meest!

december 2018 – ONTVANGEN

ontvangen

Het zingevingsgroepje van de bewoners van de Maasmeander boog zich onlangs over het thema ontvangen. Het duurde even voor we op dreef waren, maar op het einde sprokkelden we volgende wijsheden:
– Iets ontvangen kan heel fijn zijn: je pensioen, de zon, een vriendelijke goede dag, een fijne babbel. Als iemand je met een warm hart zijn dankbaarheid of zijn sympathie toont met een doos pralines of een bos bloemen, kan ‘ontvangen’ veel deugd doen. Je zegt dan wel ‘dat had je niet moeten doen’ en onmiddellijk daarna zeg je ‘ik ben er toch blij mee!’

– We zijn gewend om te geven, veel te geven, ons zelf weg te cijferen, maar met ‘ontvangen’ hebben we het soms moeilijk. In de relatie tussen ouders en hun kinderen wordt vaak gezegd: ‘ma, toen we klein waren heb je ons veel gegeven, en nu is het onze beurt om je veel terug te geven’. De  warmte die achter dat gezegde zit mag je heel blij maken!

– Er hangt dus veel van af wat ‘erachter’ zit.  Als er berekening achterzit of een bedoeling om bij de ander niet in het krijt te staan, verliest dat geven zijn warmte. Warme gebaren worden niet afgemeten met een weegschaal.

– In een Woon- en Zorgcentrum ben je vaak afhankelijk van de hulp van personeel. Het is moeilijk om toe te geven dat je een aantal dingen niet meer kan en dat je hulp van personeel moet aanvaarden. De manier waarop je omgaat met het personeel kan heel uiteenlopend zijn.
Wat zeg je? ‘Ik betaal er genoeg voor, dus moet iedereen voor mij springen!’ of
‘ik ben hier niet alleen, het personeel kan  niet overal tegelijk zijn’.
Je komt het verst met geduld en een open verstandhouding met de verzorging.
En: wat je zelf nog kan, moet je zelf doen, zolang mogelijk.

– Algemeen besluit: ‘moeten’ is nooit goed.
En: ‘de manier waarop’, dat is het belangrijkste!