Twijfelende Thomas | weekend 6-7 april

Tomas – dekenaat Genk

Op de avond van die eerste dag van de week waren de leerlingen bij elkaar; ze hadden de deuren afgesloten, omdat ze bang waren voor de Joden. Jezus kwam in hun midden staan en zei: ‘Ik wens jullie vrede!’

Na deze woorden toonde hij hun zijn handen en zijn zijde. De leerlingen waren blij omdat ze de Heer zagen. Nog eens zei Jezus: ‘Ik wens jullie vrede! Zoals de Vader mij heeft uitgezonden, zo zend ik jullie uit.’ Na deze woorden blies hij over hen heen en zeiL ‘Ontvang de heilige Geest. Als jullie iemands zonden vergeven, dan zijn ze vergeven; vergeven jullie ze niet, dan zijn ze niet vergeven.’ 
Een van de twaalf, Tomas (dat betekent ‘tweeling’), was er niet bij toen Jezus kwam. Toen de andere leerlingen hem vertelden: ‘Wij hebben de Heer gezien!’ zei hij: ‘Alleen als ik de wonden van de spijkers in zijn handen zie en met mijn vingers kan voelen, en als ik mijn hand in zijn zij kan leggen, zal ik het geloven.’ Een week later waren de leerlingen weer bij elkaar en Tomas was er nu ook bij. Terwijl de deuren gesloten waren, kwam Jezus in hun midden staan. ‘Ik wens jullie vrede!’ zei hij, en daarna richtte hij zich tot Tomas: ‘Leg je vingers hier en kijk naar mijn handen, en leg je hand in mijn zij. Wees niet langer ongelovig, maar geloof.’ Tomas antwoordde: ‘Mijn Heer, mijn God!; Jezus zei tegen hem: ‘Omdat je me gezien hebt, geloof je. Gelukkig zijn zij die niet zien en toch geloven.’ 
Jezus heeft nog veel meer wondertekenen voor zijn leerlingen gedaan, die niet in dit boek staan, maar deze zijn opgeschreven opdat u gelooft dat Jezus de messias is, de Zoon van God, en opdat u door te geloven leeft door zijn naam. (Johannes 20, 19-31) 

Thomas

De hoofdpersoon in het evangelie van vandaag is Thomas, de ongelovige Thomas zoals we hem kennen. Maar heeft hij die bijnaam wel verdiend? Misschien zou het beter zijn dat we hem de twijfelende Thomas noemen. Er is een tijd geweest dat gelovige mensen alles zeker wisten, dat dachten ze toch. Als je de catechismus maar kende en de twaalf artikelen van het geloof, als je maar naar de mis ging, dan zat je goed en hoefde je niet te twijfelen. Mensen dachten niet na over hun geloof. Ondertussen zijn de tijden veranderd en ook gelovige mensen twijfelen wel eens. 

Bewust geloven

Wanneer je bewust je geloof wil beleven, dan wil dit ook zeggen dat je nadenkt over je geloof en dat is het ook normaal dat je vraagtekens plaatst bij bepaalde kerkelijke wetten, regels of dogma’s. Ik denk dat twijfels hebben over de betekenis en zin van geloven je geloof niet in de weg zal staan, maar een bron van verdieping kan zijn. En we mogen ook wel eens kritiek geven, niet om iets af te breken, maar kritiek kan ook opbouwend zijn. Misschien mogen we Thomas de patroonheilige noemen van de critici. Hij was een realist die met beide voeten op de grond stond, en als ze hem vertellen dat een dode weer levend is, is het logisch dat zijn eerste reactie  is: dat is onmogelijk, daar geloof ik niets van. Thomas was meer een man van eerst zien en dan geloven. En hij kreeg de kans om echt te zien, in die zin was hij toch wel een bevoorrechte gelovige.

Eerst zien en dan geloven

Wij zeggen ook wel eens: eerst zien en dan geloven, maar dan gaat het om wereldse zaken. Maar als het gaat om geloofsaangelegenheden, is dat letterlijk zien voor ons niet weggelegd. En toch kunnen we heel gelovige mensen zijn. Geloven is niet zozeer een kwestie van het verstand, zoals waarheden en weetjes, het zit veel meer in ons hart, in de manier waarop we omgaan met mensen. Daar gaat het om, daarin wil Jezus voortleven, in allen die in Hem geloven. 

Heer Jezus,
Thomas was een zoeker.
Hij was niet gediend met een goedkoop geloof.
Jij ging met Hem op weg, met liefdevol geduld.
Geef ook ons die liefde en dat geduld
om tochtgenoot te worden voor de zinzoekers van onze tijd.
En laat ons samen Jou ontmoeten in de kwetsuren van mensen
als de Verrezen Heer. Amen.

diaken Julien Beckers