intiem bidden | weekend 9-10 september

intiem bidden – dekenaat Genk

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: ‘Wanneer twee van u eensgezind op aarde iets vragen – het moge zijn wat het wil – zullen zij het verkrijgen van mijn Vader die in de hemel is. Want waar er twee of drie verenigd zijn in mijn Naam, daar ben Ik in hun midden.’ (Mt. 18,19-20)

Geloof wordt vaak verengd tot ‘goed zijn’, tot ‘naastenliefde’, tot ‘de ethische dimensie van het geloof’. Natuurlijk moeten we goed zijn en de naastenliefde ter harte nemen. Maar geloven is meer. Geloven is ook bidden. Het bidden behoort immers tot de essentie van elke godsdienst. Ieder mens kan goed zijn voor zijn medemens. Ieder mens kan liefhebben in het leven. Maar de gelovige mens wil die goedheid en die liefde verbinden met God. Daarom bidden mensen in alle godsdiensten.

Van zodra een mens aanneemt dat God bestaat, kan hij niet anders dan zich tot Hem richten. Het is onweerstaanbaar. De gelovige mens wil de afstand tussen hem en zijn God overschrijden, om uiteindelijk bij Hem te zijn. Christenen geloven dat die afstand tussen de mens en God, door God zelf overbrugd is geworden, met de geboorte van zijn Zoon. Bidden is dan, nadat God stappen in onze richting heeft gezet, dat wij op onze beurt een stap naar God toe zetten.

Je richten tot God

Hierin verschilt bidden van ‘zich bezinnen’. Bezinnen is nadenken. Het is mooie gedachten ontwikkelen en zin proberen te ontdekken in het leven. Gebed daarentegen opent een andere dimensie in het leven. Bidden is in relatie treden met een ander. Het is zich richten tot die Ander, met een hoofdletter. Het is zich richten tot God. Bidden is in dialoog treden. Bidden is je leven, met al zijn goed en kwaad, met al zijn vreugde en verdriet, openstellen voor God.

In een bezinningstekst kan je schrijven: ‘God is oneindig groot en goed.’ Iemand die bidt, zegt daarentegen: ‘God, Gij zijt oneindig groot en goed voor mij‘. In het bidden komt steeds de persoonlijk betrokkenheid van de bidder enerzijds en de persoonlijke betrokkenheid van God anderzijds tot uitdrukking. God persoonlijk aanspreken, dat is bidden. Dit gebeurt in het leven van een mens vaker dan we op het eerste gezicht verwachten. Er wordt vandaag door mensen niet minder gebeden dan vroeger. Maar wat wel minder gebeurt dan vroeger is het samen bidden. We hebben het gebed in onze cultuur en samenleving verbannen naar de strikte privésfeer. 

Samen bidden

Sociologisch onderzoek wijst uit dat jongeren nog altijd bidden, maar alleen, een beetje stiekem, ‘s avond in bed. Alsof het iets is dat verboden is en de jongere bijgevolg ‘heimelijk’ moet doen. Samen bidden in het gezin, in de jeugdbeweging, in de klas, samen bidden voor een vergadering of voor het eten in een restaurant; kortom samen in het openbaar in groep bidden is problematisch geworden.

Zo is het samen bidden ook meer en meer problematische geworden bij het begin en het einde van het leven. Zullen we onze vrienden en kennissen uitnodigen op een doopfeest of toch maar liever enkel op de babyborrel? Met deze vraag worstelt menig jonge ouders. In de krant lezen we bij de overlijdensberichten steeds vaker: ‘het afscheid heeft reeds plaatsgevonden in intieme kring’. Toch is dat woord ‘intiem’ verkeerd gekozen. In feite bedoelt men dat het afscheid gebeurde ‘in een heel kleine’ kring, van hooguit 8-9-10 mensen. Een kleine kring waarbij de nabije, intieme aanwezigheid van kennissen, vrienden en buren uitgesloten worden. En waarbij de intimiteit met God doorheen het samen bidden geen plaats meer krijgt.

De kracht van het bidden

Toch gaat van het samen bidden een kracht uit: de troostende kracht bij een uitvaart en een kracht tot onvoorwaardelijke liefdevolle verantwoordelijkheid en zorg bij het doopsel. Jezus zegt ons in het evangelie dat wanneer iets eensgezind gevraagd wordt, het ook door God zal verhoord worden. Jezus nodigt ons in het evangelie uit om ‘samen’ te bidden. Door samen te bidden wordt men intiemer, nabijer met elkaar en met God. Samen bidden maakt ons tot broeders en zusters van elkaar en tot kinderen van onze hemelse Vader. Die verbondenheid houdt eeuwig stand. Daarom begint het eeuwige leven niet na onze dood, maar daar waar we – zoals op zondag in de eucharistie – samenkomen om eensgezind te bidden tot God, onze Vader.

Goede God, te veel spreken we over U en te weinig met U. Laat ons opnieuw de kracht ontdekken van het samen bidden. Want daar waar twee of meer in Jezus’ naam verenigd zijn, daar is Hij met uw liefde in ons midden aanwezig. Amen.