Inclusieve maatschappij | weekend 10-11 februari

inclusieve maatschappij – dekenaat Genk

Er kwam eens een melaatse bij Hem die op zijn knieën viel en Hem smeekte: ‘Als Gij wilt, kunt Gij mij reinigen.’ Door medelijden bewogen stak Hij de hand uit en raakte hem aan en sprak tot hem: ‘Ik wil, word rein.’ Terstond verdween de melaatsheid en was hij gereinigd.

Terwijl Hij hem wegstuurde, vermaande Hij op strenge toon: ‘Zorg ervoor dat ge aan niemand iets zegt, maar ga u laten zien aan de priester en offer voor uw reiniging wat Mozes heeft voorgeschreven, om ze het bewijs te leveren.’ Eenmaal vertrokken begon de man zijn verhaal overal in het openbaar te vertellen en ruchtbaarheid aan de zaak te geven, met het gevolg, dat Jezus niet meer openlijk in de stad kon komen, maar buiten op eenzame plaatsen verbleef. Toch kwamen de mensen van alle kanten naar Hem toe. (Marcus 1, 40-45)

Het zal ons niet verwonderen dat de genezen melaatse niet kan zwijgen. Iedereen moet zijn verhaal horen, iedereen moet zijn gave huid zien. Bedenk toch eens: hij kan opnieuw onder de mensen komen, hij mag weer meedoen, gewoon in de straat wandelen. Onvoorstelbaar is dat. Hij wordt weer aanvaard, hij hoort erbij. 

Integratie

“Geïntegreerd” noemt men dat in onze dagen. Melaatsen waren in de tijd van Jezus uitgesloten, mochten niet onder de mensen komen, men mocht ze niet aanraken. Maar Jezus doet dat wel. Dat is eigenlijk het meest geziene wonder, een wonder dat ook nog binnen ons bereik ligt. Er is een mens die niet op de vlucht slaat, iemand die de huid van deze melaatse aanraakt, iemand die gewoon met hem omgaat. Dat is zo onvoorstelbaar dat de melaatse er helemaal door verandert. Ook in dit evangelie zien we de liefde van Jezus voor mensen. Hij is nu zelf onrein en moet zoals de melaatsen op eenzame plaatsen verblijven. Maar vanuit zijn verbondenheid met God raakt hem dat niet. Bij velen is de vonk van de liefde door zijn handeling overgesprongen, want zij gaan Hem toch opzoeken. 

Liefde met liefde wakker roepen

Liefde roept liefde wakker. Jezus is zelf wakker geroepen door Gods liefde. Hij heeft deze ervaren in het doopsel en in vele andere momenten van gebed. En gelukkig zijn er altijd, ook vandaag, mensen die bereid gevonden worden om het meest ondenkbare werk te verrichten. Mensen die melaatsen opzoeken, aidspatiënten nabij zijn, mensen die daar te vinden zijn waar anderen aan voorbijgaan. Jezus wilde goede daden stellen, niet om zichzelf in de kijker te plaatsen, maar omdat waar een stap gebeurt, het Rijk Gods aanwezig komt. Zijn leven stond in dienst van het menselijk geluk, de menselijke ontplooiing, opdat het Rijk Gods daar zou kunnen doorbreken. Het komt erop aan te doen wat Jezus deed: dicht bij de mensen gaan staan met wie we leven, die op ons een beroep doen. Aanspreekbaar zijn, niet op de vlucht slaan. We moeten mensen worden die onze handen uitsteken en die kunnen genezen.

God van ontferming,
Gij kent de ellende van mensen
die uitgesloten zijn van genegenheid en vriendschap.
Uw hart gaat naar hen uit.
Help ons om naar deze mensen toe te stappen
en hen de hand te reiken, zoals Jezus dat deed, 
uw Zoon en onze Heer. Amen.

diaken Julien Beckers