Ik ga vissen | weekend 3-4 mei

Daarna verscheen Jezus aan de leerlingen bij het meer van Tiberias. De verschijning verliep op deze wijze: Er waren bijeen: Simon Petrus, Tomas, die ook Didymus genoemd wordt, Natanaël uit Kana in Galilea, de zonen van Zebedeüs en nog twee van zijn leerlingen. Simon Petrus zei tot hen: “Ik ga vissen.”
Zij antwoordden: “Dan gaan wij mee.” Zij gingen dus op weg en klommen in de boot, maar ze vingen die nacht niets.
Toen het reeds morgen begon te worden, stond Jezus aan het strand, maar de leerlingen wisten niet dat het Jezus was. Jezus sprak hen aan: “Vrienden, hebben jullie soms wat vis?” “Neen,” antwoordden ze. Toen zei Hij hun: “Werpt het net uit rechts van de boot, daar zult ge iets vangen.” Nadat ze dit gedaan hadden, waren ze niet meer bij machte het net op te halen vanwege de grote hoeveelheid vissen. Daarop zei de leerling van wie Jezus veel hield tot Petrus: “Het is de Heer!” Toen Simon Petrus hoorde dat het de Heer was, trok hij zijn bovenkleed aan – want hij droeg slechts een onderkleed – en sprong in het meer. De andere leerlingen kwamen met de boot, want zij waren niet ver uit de kust, slechts tweehonderd el, en sleepten het net met de vissen achter zich aan.
Toen zij aan land waren gestapt, zagen zij dat er een houtskoolvuur was aangelegd met vis erop en brood. Jezus sprak tot hen: “Haalt wat van de vis, die gij juist gevangen hebt.” Simon Petrus ging weer aan boord en sleepte het net aan land. Het was vol grote vissen, honderddrieënvijftig stuks, en ofschoon het er zoveel waren, scheurde het net niet. Jezus zei hun: “Komt ontbijten.” Wetend dat het de Heer was, durfde geen van de leerlingen Hem vragen: “Wie zijt Gij?” Jezus trad dichterbij, nam het brood, en gaf het hun, en zo ook de vis. Dit nu was de derde keer dat Jezus aan de leerlingen verscheen sinds Hij uit de doden was opgestaan. (Johannes 21,1-14)
De draad van het leven oppakken
Daar zitten ze, de leerlingen van Jezus, ergens aan het meer van Tiberias. Niet goed wetend wat hun overkomen is. Ze zijn erg ontgoocheld over wat ze de voorbije dagen hebben meegemaakt. Jezus met wie ze drie jaren waren opgetrokken, is er niet meer: gekruisigd, gedood en begraven; het lijkt of alles voorbij is. Hij was een aantal keren verschenen, maar het was allemaal zo onzeker. Heel zeker kunnen wij onszelf ook herkennen in hun verhaal. Ook wij zijn soms erg ontmoedigd over wat we meemaken in de huidige samenleving. Er zijn enkele tekens geweest van hoop, maar ja, wat moeten wij nu gaan doen? En Petrus gaat opnieuw vissen, hij gaat gewoon zijn werk doen zoals voorheen en de anderen gaan mee. Ze willen de draad van hun leven terug opnemen en dan maar Jezus vergeten. Maar dat kan niet meer, want de verrezen Heer komt hen ontmoeten, te midden van de nacht, na hun nacht zwoegen, zonder dat zij iets konden vangen.
De aanwezigheid van Jezus
Jezus verschijnt niet met een hocus pocus-mirakel, maar bescheiden, bijna verborgen in een onbekende voorbijganger die op de oever staat. Hij spreekt ons vertrouwelijk aan met ‘vrienden’. En Hij vraagt iets van ons, juist op een ogenblik misschien dat we de indruk hebben dat we niets kunnen geven: “Hebben jullie soms wat vis ?” Ons eerste antwoord is dan ook: “Neen we zitten zelf in de penarie, waarom komt Gij ons nog iets vragen. Wij mensen, hebben het soms ook moeilijk om te herkennen dat Jezus werkelijk aanwezig is in de wereld van vandaag.
Kijken met de ogen van je hart
Niet iedereen ziet dat het Jezus is die vergeeft, wanneer iemand in een familie een stap naar verzoening zet. Niet iedereen ziet Jezus in de vele hulpverleners voor mensen op de vlucht. Niet iedereen ziet Jezus daar waar mensen kinderen helpen om thuis te komen in het geloof. De aanwezigheid van Jezus herkennen, kunnen alleen zij die kijken met de ogen van hun hart, zij die kijken met de ogen van de liefde. De Heer leeft als wij leren zien wat er gebeurt, niet alleen met onze nuchtere ogen, maar vooral met de bezieling van ons hart.
Goede God, wij bidden voor allen die in het leven tegenslag ondervinden. Dat zij lot- en tochtgenoten ontmoeten die hen op hun levensweg willen vergezellen. Dat het licht van Verrezen Heer hun levensweg moge verlichten. En dat zij de hoop op een leven in overvloed nooit opgeven, omwille van Jezus Christus, uw Zoon en onze Heer. Amen.
diaken Julien Beckers