Heiligheid | weekend 30-31 oktober

heiligheid – dekenaat Genk

Toen Jezus deze menigte zag, ging Hij de berg op en, nadat Hij zich had neergezet, kwamen zijn leerlingen bij Hem. Hij nam het woord en onderrichtte hen aldus: “Zalig de armen van geest, want aan hen behoort het Rijk der hemelen.

Zalig de treurenden, want zij zullen getroost worden. Zalig de zachtmoedigen, want zij zullen het land bezitten.Zalig die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden. Zalig de barmhartigen, want zij zullen barmhartigheid ondervinden. Zalig de zuiveren van hart, want zij zullen God zien. Zalig die vrede brengen, want zij zullen kinderen van God genoemd worden. Zalig die vervolgd worden om de gerechtigheid, want hun behoort het Rijk der hemelen. Zalig zijt gij, wanneer men u beschimpt, vervolgt en lasterlijk van allerlei kwaad beticht om Mijnentwil: Verheugt u en juicht, want groot is uw loon in de hemel. Zo immers hebben ze de profeten vervolgd die voor u geleefd hebben.” (Matteüs 5,1-12)

Allerheiligen en Allerzielen

Tijdens de dagen van Allerheiligen en Allerzielen worden wij eraan herinnerd dat wij allen zijn geroepen tot heiligheid. Maar is heiligheid voor eenvoudige mensen, zoals we zijn, wel weggelegd? Op het eerste gezicht lijkt dit op een onmogelijke taak omdat we voortdurend heiligheid verwarren met morele perfectie. Wij beseffen maar al te goed dat ieder van ons verre van moreel perfect is en dus besluiten we daaruit dat heiligheid voor onszelf onmogelijk is.

Echter morele perfectie behoort eerder tot het heldendom. Uit eigen kracht geen fouten maken en geen enkel kwaad doen, is enkel voor de allersterksten weggelegd. Heiligheid daarentegen heeft meer te maken met zwakheid en onmacht. De zaligsprekingen in het evangelie gaan niet over krachtpatsers of perfecte mensen, maar over mensen die arm van geest zijn, treuren, proberen barmhartig en rechtvaardig te zijn, die soms zelfs beticht worden van allerlei kwalijke zaken. We spreken eerder over heiligheid, wanneer doorheen onze onmacht, doorheen onze kleinheid en doorheen onze fouten en tekorten Gods liefde steeds meer zichtbaar wordt.

Gods goedheid en liefde

Heiligen zijn geen moreel perfecte mensen, die nooit fouten maken. Heiligen zijn wel mensen wier leven transparanter wordt. Heiligen zijn mensen in wier leven Gods goedheid en liefde zichtbaar worden. Dit zichtbaar worden van Gods goedheid en liefde doorheen mensen die niet moreel perfect zijn, dat is genade. Dat is ook de genade die wij mochten ervaren bij het sterven van een dierbare. In het stervensuur is ieder mens totaal onmachtig en klein. Tegelijkertijd wordt het leven van onze geliefden bij het sterven heel transparant en helder. Doorheen hun goede en minder goede daden, doorheen hun sterktes en zwaktes van hun karakter, doorheen hun successen en mislukkingen in het leven wordt de goedheid van God bij onze geliefde overledenen zichtbaar.

Hun leven werd bij het sterven voor ons transparanter. Wij gaan veel helderder hun goedheid en liefde zien. Vandaar de uitdrukking “niets dan goeds over de doden”. Omdat we die transparantie niet willen verduisteren. Die transparantie dat is heiligheid. Die transparantie – waarin Gods goedheid zichtbaar wordt doorheen de menselijke kleinheid – dat is heiligheid. In het afscheid en met Allerheiligen mogen we de heiligheid van onze geliefde overledenen meer dan ooit aanvoelen en waarderen.

God, onze Heer, 
Gij houdt van de mensen 
zoals een vader van zijn kinderen. 
Wij vertrouwen onze dierbare overledenen toe 
aan uw liefde die geen grenzen kent. 
Wij zijn U dankbaar voor al het goede 
dat Gij ons door hen gegeven hebt 
en waardoor zij voor ons 
een blijvend teken zijn geworden van uw liefde. 
Breng hen nu thuis in de vreugde van uw Rijk, 
waaraan geen einde komt.