Gods geduld | weekend 22-23 maart

onvruchtbare wijngaard – dekenaat Genk

In die tijd waren er bij Jezus enkele mensen die Hem vertelden van de Galileeërs, wier bloed Pilatus met dat van hun offerdieren vermengd had. Daarop zei Jezus: ‘Denkt ge, dat onder alle Galileeërs alleen dezen zondaars waren, omdat zij dat lot ondergaan hebben? 

Volstrekt niet, zeg Ik u. Maar als gij u niet bekeert, zult ge allen op een dergelijke manier omkomen. Of die achttien die gedood werden, doordat de toren bij de Siloam op hen viel: denkt ge dat die alleen schuldig waren onder alle mensen die in Jeruzalem woonden? Volstrekt niet, zeg Ik u. Maar als gij niet tot bekering komt, zult ge allen op eenzelfde wijze omkomen.’ 
Hij vertelde nu deze gelijkenis: ‘Iemand had een vijgenboom die in zijn wijngaard geplant stond; hij kwam zoeken of er vrucht aan zat, maar vond niets. Toen zei hij tot de wijngaardenier: Al sinds drie jaar kom ik aan deze vijgenboom vruchten zoeken, maar ik vind er geen. Hak hem om: waartoe put hij nog de grond uit?  Maar de man gaf hem ten antwoord: Heer, laat hem dit jaar nog staan; laat mij eerst de grond er omheen omspitten en er mest op brengen. Misschien draagt hij het volgend jaar vrucht; zo niet, dan kunt ge hem omhakken.’ (Lucas 13, 1-9)

Nieuwe kansen

Stel je eens voor: je bent directeur van een bedrijf met een aantal mensen in dienst. Op zekere dag word je gebeld door een ambtenaar van de gevangenis met de vraag of je een jongeman in dienst wil nemen die net uit het gevang komt. Hoe reageer je dan? Misschien denk je, oei … of moet je even slikken. Maar wat doe je als je christen bent? Durf je in je hart het wantrouwen tegenover die man ombuigen om hem nieuwe kansen te geven? Want daarover gaat het evangelie vandaag. God heeft geduld met mensen en geeft altijd weer nieuwe kansen.

Geduld en vertrouwen

Dat vertelt Jezus ons in het verhaal van de vijgenboom. ‘Hak hem maar om’, zegt de ongelukkige eigenaar. Maar de knecht vraagt om uitstel, om geduld en vertrouwen. Hij zegt: ‘Ik zal de grond nog eens omspitten, hem nog eens wat extra mest geven; misschien draagt hij dan wel vrucht, volgend jaar misschien. Zo niet, dan kunnen we hem nog omhakken’. Doen we het allemaal wel niet eens, er met de botte bijl op inhakken, mensen beschuldigen, leugens vertellen … Of het nu gebeurt bij familieruzies, een aanrijding, bij stakingen in een bedrijf, onenigheid in de kerk, we zeggen allemaal heel vlug wie de schuldige is. 

Goede vruchten

Misschien kunnen we even kijken naar de tuinman uit het evangelie. Hij stelt zichzelf de vraag: heb ik er wel genoeg aandacht en tijd aan besteed, aan die vijgenboom? Nog vier weken scheiden ons van Pasen. We kunnen deze tijd gebruiken om stil te staan bij de vruchten van onze eigen vijgenboom. Hangen er  dit jaar wat vruchtjes aan? Of zal de Heer van de oogst teleurgesteld naar onze lege takjes kijken? Deze parabel roept ons op dat ook wij – net zoals de wijngaardenier – geduld zouden hebben met elkaar en dat wij voor elkaar zorg, veel zorg, dragen. En dan kunnen ook wij in de toekomst goede vruchten voortbrengen. Wie de botte bijl hanteert, maakt veel kapot. Wie geduld heeft, ziet soms onverwacht vruchten groeien. Niet onmiddellijk, maar volgend jaar misschien.

Heer God, U weet wat er in mensen leeft,
U doorschouwt de diepte van ons hart,
U kent ons pogen en ons falen.
Daarom bent U een God van groot geduld.
Doe ons geloven dat U bij machte bent
om groeikracht te geven aan ons leven,
zodat we rijke vruchten dragen,
deze veertig dagen en heel ons leven. Amen.

diaken Julien Beckers