God is heel persoonlijk met ons | weekend 23-24 december

genade – dekenaat Genk

In de zesde maand werd de engel Gabriël van Godswege gezonden naar een stad in Galilea, Nazareth, tot een maagd die verloofd was met een man die Jozef heette, uit het huis van David; de naam van de maagd was Maria. Hij trad bij haar binnen en sprak: ‘Verheug u, Begenadigde, de Heer is met u!’ 

Zij schrok van dat woord en vroeg zich af, wat die groet toch wel kon betekenen. Maar de engel zei tot haar: ‘Vrees niet Maria, want gij hebt genade gevonden bij God. Zie, gij zult zwanger worden en een zoon ter wereld brengen, die gij de naam Jezus moet geven. Hij zal groot zijn en Zoon van de Allerhoogste genoemd worden. God de Heer zal Hem de troon van zijn vader David schenken en Hij zal in eeuwigheid koning zijn over het huis van Jakob en aan zijn koningschap zal nooit een einde komen.’ Maria echter sprak tot de engel: ‘Hoe zal dit geschieden, daar ik geen gemeenschap heb met een man?’ Hierop gaf de engel haar ten antwoord: ‘De heilige Geest zal over u komen en de kracht van de Allerhoogste zal u overschaduwen; daarom ook zal wat ter wereld wordt gebracht heilig genoemd worden, Zoon van God. Weet, dat zelfs Elisabeth, uw bloedverwante, in haar ouderdom een zoon heeft ontvangen en, ofschoon zij onvruchtbaar heette, is zij nu in haar zesde maand; want voor God is niets onmogelijk.’ Nu zei Maria: ‘Zie de dienstmaagd des Heren; mij geschiede naar uw woord.’ En de engel ging van haar heen. (Lucas 1, 26-38)

Op deze laatste zondag van de advent, enkele uren voor het feest van Kerstmis, mogen we getuigen zijn van Gods heilsplan. De engel werd immers ‘van Godswege naar Maria gezonden’. God gaat de mens niet voorbij, Hij neemt de mens op in zijn plan, Hij vraagt zijn medewerking. En Maria zegt ja: ‘Zie de dienstmaagd des Heren’. Maria is bereid om zich in alles aan God toe te vertrouwen. En zij durft dit jawoord uit te spreken omdat zij gelooft in de groet van de engel: ‘De Heer is met u’, zij weet dat zij zich op God kan verlaten. Ook wij mogen ons jawoord geven aan God, die onze Heiland wil zijn. Ook wij mogen ons verenigen met het jawoord van Jezus door zijn zending in de wereld van vandaag verder te zetten. In de persoon van Maria wordt ook aan ons gevraagd ons jawoord uit te spreken: ja aan God, ja aan de Kerk, ja aan de wereld, ja aan onszelf. God roept ons, Hij zoekt ons, maar zijn heil kan maar in de wereld komen waar de mens zich openstelt voor het heil. Dit jawoord mogen ook wij uitspreken vanuit de belofte: ‘De Heer is met u’.

Vrees niet!

God is niet tegen ons, niet boven of onder ons. Hij is mét ons, heel persoonlijk met ons, zoals wij zijn. Wij hoeven Gods aanwezigheid niet eerst te verdienen, God is met ons, eenvoudig omdat Hij ons liefheeft. En misschien schrikken we wel eens van die opdracht, net zoals Maria. Hoe zal dit geschieden, hoe zal dit gebeuren? Het kan! Vrees niet! Dat is de boodschap. Daarom moeten wij blij zijn, blij om vandaag en om morgen, want bij God is niets onmogelijk. Wellicht had Maria wel duizenden vragen, maar in dit verhaal horen we er maar één: hoe zal het kunnen, daar ik geen man beken? Maar zij stond open en ontvankelijk voor de mogelijkheden die Gods Geest zal geven. Laten we in deze dagen opzien naar Maria en haar vragen dat wij ons dezelfde grondhouding mogen eigen maken tegenover de wil van God. Dan kan God in ons en door ons opnieuw in deze wereld geboren worden. 

God van licht, Jij bent er, altijd.
Jij bent onze kracht en verdrijft onze angst.
Laat jouw licht in ons en met ons zijn:
klein en kwetsbaar zoals Jezus in ons midden,
maar krachtig door jouw Geest, 
voor vandaag, morgen en altijd.

diaken Julien Beckers