Een zorgzame kerk?! | weekend 6-7 mei

In die tijd, toen het aantal leerlingen steeds toenam, begonnen de Hellenisten tegen de Hebreeën te morren, omdat bij de dagelijkse ondersteuning hun weduwen achtergesteld werden. De twaalf riepen nu de leerlingen in vergadering bijeen en zeiden: “Het past niet dat wij het woord Gods verwaarlozen door de zorg voor de ondersteuning. 

Ziet dus uit, broeders, naar zeven mannen uit uw midden, van goede faam, vol van geest en wijsheid. Hen zullen wij dan met dit ambt bekleden, terwijl wij onszelf blijven wijden aan het gebed en de bediening van het woord.” Dit voorstel vond instemming bij de gehele vergadering en zij kozen Stefanus, een man vol geloof en heilige geest, Filippus, Próchorus, Nikánor, Timon, Parmenas en Nikolaüs, een proseliet uit Antiochië.  (Handelingen 6,1-5)

Waar mensen samenleven, daar ontstaan allerlei spanningen en conflicten. Samenleven kan tot spanningen leiden, soms zelfs tot hoogspanning. Soms ontstaan die spanningen rond heel banale futiliteiten, maar op andere momenten gaan ze over de grond van de zaak. Zulke fundamentele spanningen komen ook in de Kerk voor, vanaf haar eerste prille begin. De handelingen van de apostelen verbloemt dit niet: ‘Toen in die dagen het aantal leerlingen steeds toenam begonnen de Hellenisten tegen de Hebreeën te morren, omdat bij de dagelijkse ondersteuning hun weduwen achtergesteld werden.’

Morren

Het ging waarschijnlijk om een heel diepgaand conflict. Want ‘morren’ in de Bijbel is meer dan zomaar wat grommelen of misnoegd zijn. Morren wordt in de Bijbel gebruikt wanneer de mens in opstand komt tegenover God. Het ongenoegen zat dus heel diep. De reden van het conflict was niet zomaar een bijkomstigheid, een futiliteit of een kwestie van lange tenen. Het was ook niet een conflict omwille van culturele verschillen tussen Grieks sprekende en Aramees sprekende Joden. Het conflict ging over het wezen van de Kerk en over het consequent navolgen van de verrezen Heer. 

Weduwen immers stonden in een zeer kwetsbare maatschappelijke positie. Juridisch hadden ze geen rechten en voor hun onderhoud waren ze vaak afhankelijk van de goede wil van anderen. In een christelijke gemeenschap, wilde ze die naam waardig zijn, moest de zorg voor de meest kwetsbaren centraal staan. Dit behoorde en behoort nog steeds tot het wezen van een christelijke gemeenschap. De zorg voor de zwakste is niet iets bijkomstig aan het geloof. Het is geloof dat daadwerkelijk wordt. 

Zoals de Kerk de aanwezigheid van de verrezen Heer beleeft in de eucharistie, zo herkent zij ook Zijn aanwezigheid in de noodlijdende medemens. De liefde die de Kerk van God in tekenen van brood en wijn tijdens de eucharistie mag ontvangen, geeft zij door in gebaren van solidariteit. Het goede nieuws dat in de eucharistie met de mond verkondigd wordt, moet daarna omgezet worden in concrete daden van dienstbaarheid.  

Bijgevolg kon de zorg voor de meest kwetsbaren niet afhankelijk zijn van de groep waartoe iemand behoorde. Wanneer iemand in nood is moet die geholpen worden, wat ook de achtergrond van de noodlijdende is. Of deze nu een Hellenistische of een Hebreeuwse achtergrond heeft, doet niet ter zake. Het criterium tot hulp moet de grootte van de nood zijn. Niet de mooie ogen van de een of de ander.

Zeven mannen vol van geest

Voor zulk een conflict stonden de apostelen. Omdat het over het wezen van de Kerk en het navolgen van de verrezen Heer ging, grepen zij krachtdadig in. Zeven mannen, vol van geest en wijsheid, werden in een gezamenlijke vergadering gekozen voor de zorg van de ondersteuning.

Deze gebeurtenis in de eerste kerk, plaatst ons vandaag voor de volgende grote uitdaging, namelijk: ‘Hoe organiseren wij in onze parochies en pastorale eenheid best de zorg van de ondersteuning van de meest kwetsbaren?’ Dit omwille van twee redenen. Enerzijds omdat het behoort tot de essentie van ons christen en kerk-zijn. Anderzijds omwille van de concrete nood van sommige medemensen in ons midden.

Goede God, wanneer de spanningen hoog oplopen schenk ons dan uw Geest om tot de kern van de zaak te komen: de liefde tot God en de liefde tot de naaste. Leer ons in deze tijd naar de meest kwetsbare mensen om te zien en hen van harte te ondersteunen, naar het voorbeeld van Jezus Christus, uw Zoon en onze Heer. Amen.