Derde adventszondag: open je handen | weekend 14-15 december

Open je handen - dekenaat Genk

Johannes (de Doper) hoorde in de gevangenis over de werken van Jezus en liet Hem door zijn leerlingen de vraag stellen:  “Zijt Gij de Komende, of hebben wij een ander te verwachten?”

 Jezus antwoordde hun: “Gaat aan Johannes zeggen wat gij hoort en ziet: blinden zien en lammen lopen, melaatsen genezen en doven horen, doden staan op en aan armen wordt de Blijde Boodschap verkondigd.
(Mt. 11,2-5)

Open je handen

De derde zondag van de advent is de zondag van de vreugde. We vertrouwen zo vast op de vervulling van onze hoop, dat we onze blijdschap nu reeds uitzingen! Gods nieuwe leven zal doorbreken, altijd weer!

“Vertel aan Johannes wat je hoort en ziet”, zegt Jezus in het evangelie: “Uit die kleine goede dingen zal hij kunnen afleiden dat de Messias is gekomen!” …

Gods nieuwe wereld groeit niet uit grote woorden, maar door mensen die de handen uit de mouwen steken en doen wat ze kunnen. Zo kiezen we dit weekend als thema: “open je handen”.

Tijd van vertwijfeling

Het beeld van Johannes de Doper in het evangelie van deze zondag, is een geheel ander beeld dan dat van hem in de evangelielezing van vorige zondag. Johannes zit namelijk in de gevangenis van Herodes te wachten op de onvermijdelijke fatale afloop. Hij is verstandig genoeg om te weten dat je hoge pieten in de samenleving niet straffeloos op de tenen trapt. In zijn verkondiging had hij Herodes – zoals ook de farizeeën en Sadduceeën – te hard aangepakt en aangeklaagd. Zijn rol van wegbereider, van voorloper, van verkondiger van bekering, van recht en gerechtigheid is uitgespeeld.

Trouwens, had Johannes de Doper niet zelf gezegd dat ‘Die na hem komt’ belangrijker is dan hijzelf. Klaarblijkelijk is – naar hij hoort vertellen – die persoon na hem gekomen. Dit is toch de draagwijdte van zijn vraag, die Johannes de Doper door twee van zijn leerlingen laat stellen: “zijt gij de komende of hebben we een andere te verwachten”.

De vraag van Johannes de Doper aan Jezus laat stellen is een heel geladen vraag. Zij getuigt van twijfel, ontmoediging, teleurstelling. Johannes de Doper is amper dertig jaar oud en heeft geen toekomstperspectief mee. Advent bij Johannes de Doper is geen periode van vreugdevol afwachten, zoals een zwangere vrouw vreugdevol de geboorte van haar kind afwacht. Het verwachten bij Johannes de Doper is een vertwijfeld verwachten, eerder een bang en onzeker afwachten wat de toekomst brengen zal. Het is een tijd van vertwijfeling.

Ook vandaag zijn er mensen die de toekomst vertwijfeld afwachten. Vaak zijn het mensen die in armoede leven. Elke dag staan ze op met de vraag of er een deurwaarder aan hun deur zal aanbellen of er boterhammen genoeg zijn om aan hun kinderen mee naar school te geven of het OCMW geld zal voorschieten om stookolie aan te kopen … De toekomst is elke dag voor hen onzeker. Leven is vooral een tijd van vertwijfeld afwachten. Daarom vraagt Welzijnszorg in deze Adventstijd liefdevolle aandacht voor de armen en solidariteit met hen.

Goede God, maak ons hart waakzaam. Dat wij tijdens de komende feestdagen van Kerstmis en Nieuwjaar een warme aandacht hebben voor mensen die vertwijfeld in het leven staan. Want ieder huisje heeft zijn kruisje, ook te midden van het feestgedruis met Nieuwjaar.