Dienende liefde als moedertaal | weekend 27-28 mei

Pinksteren: het feest van de Geest - dekenaat Genk

Toen de dag van Pinksteren aanbrak, waren allen bijeen op dezelfde plaats. Plotseling kwam uit de hemel een gedruis alsof er een hevige wind opstak en heel het huis waar zij gezeten waren, was er vol van. Er verscheen hun iets dat op vuur geleek en dat zich, in tongen verdeeld, op ieder van hen neerzette. 

Zij werden allen vervuld van de heilige Geest en begonnen in vreemde talen te spreken, naargelang de Geest hun te vertolken gaf. Nu woonden er in Jeruzalem Joden, vrome mannen, die afkomstig waren uit alle volkeren onder de hemel. Toen dat geluid ontstond, liep het volk te hoop en tot zijn verbazing hoorde iedereen hen spreken in zijn eigen taal. Zij waren buiten zichzelf en zeiden vol verwondering: ‘Maar zijn al die daar spreken dan geen Galileeërs? Hoe komt het dan dat ieder van ons hen hoort spreken in zijn eigen moedertaal? Parten, Meden en Elamieten, bewoners van Mesopotamië, van Judea en Kappadocië, van Pontus en Asia, van Frygië en Pamfylië, Egypte en het gebied van Libië bij Cyrene, de Romeinen die hier verblijven, Joden zowel als proselieten, Kretenzen en Arabieren, wij horen hen in onze eigen taal spreken van Gods grote daden.’ (Hand. 2,1-11)

Het eerste Pinksterfeest – zoals dit geschetst wordt in de Handelingen van de Apostelen – was een wereldgebeurtenis. Want alle toenmalig gekende volkeren werden opgesomd: ‘Parten, Meden en Elamieten, bewoners van Mesopotamië, van Judea en Kappadocië, van Pontus en Asia, van Frygië en Pamfylië, Egypte en het gebied van Libië bij Cyrene, de Romeinen die hier verblijven, Joden zowel als proselieten, Kretenzen en Arabieren.’

Vandaag weten we dat de wereld heel wat groter is en veel meer volkeren telt. Maar toch ook vandaag is het Pinksterfeest een wereldwijde gebeurtenis. Enkele cijfers mogen dat illustreren. Meer dan een eeuw geleden, in het jaar 1900, waren er wereldwijd 558 miljoen christenen, één derde van de wereldbevolking en het merendeel van deze christenen leefde in Europa. Vandaag, meer dan een eeuw later, zijn we met zo’n 2,3 miljard christenen, wat nog steeds één derde van de wereldbevolking is. Maar driekwart van deze christenen leeft vandaag buiten Europa. 

Christelijk dienende naastenliefde

Terwijl Europa in een sneltreinvaart minder christelijk werd, ontwikkelde het christendom zich in de rest van de wereld verder. Gods heilige Geest heeft alles behalve stilgezeten. Zoals op het eerste Pinksterfeest blijft Gods Geest werkzaam en inspireert die Geest mensen om christen te worden. Ook inspireert die Geest om één en dezelfde taal te spreken, namelijk de taal van de christelijke dienende naastenliefde. Dit is de moedertaal die de heilige Geest ons doet spreken.

Het centrum van het christendom is niet langer meer Europa, maar komt meer en meer te liggen in Afrika en Latijns-America. En misschien mogen we na paus Franciscus – die opgroeide in de Argentijnse kerk – een Afrikaanse paus, een zwarte paus verwachten.

Maar vandaag voltrekt zich ook nog een tweede heel belangrijke verschuiving in het christendom. Deze verschuiving valt minder op, maar ze vindt elke dag plaats in Europa zelf. Meer dan de helft van de vluchtelingen die Europa binnenkomen zijn christenen. Spontaan hebben wij een ander beeld, namelijk dat de meeste nieuwkomers in Europa moslims zouden zijn. De werkelijkheid is omgekeerd. De verdergaande vergrijzing bij de plaatselijke katholieke bevolking in Vlaanderen, in combinatie met de instroom van christenen, vooral uit het Midden-Oosten en Afrika, zal een volledig nieuw christendom in Vlaanderen creëren. Daarnaast zullen we in Vlaamse parochies steeds vaker priesters werkzaam zijn van buiten Europa. 

Wereldkerk

Op een merkwaardige wijze keert het christendom terug in Vlaanderen, België en Europa, in de vorm van christelijke vluchtelingen en in de vorm van missionarissen uit Azië, Afrika en Latijns-America. Op dit Pinksterfeest mogen we daarvoor dankbaar zijn, want de kerk wordt daarmee werkelijk een echte wereldkerk. 

Moeten we daar bang voor zijn? Neen, want zoals op het eerste Pinksterfeest mogen wij allen eenzelfde taal spreken, namelijk de taal van de christelijke dienende naastenliefde. Enkel wederzijdse dienstbaarheid en naastenliefde vormen de garantie dat mensen, bevolkingsgroepen en volkeren vreedzaam met en naast elkaar kunnen leven. Daarom mogen we vandaag ook bidden om Gods heilige Geest. Want de vruchten van die heilige Geest in onze Kerk en in onze samenleving zijn: liefde, vreugde, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtheid en ingetogenheid.

Goede God, uw liefde gaat uit naar alle mensen wereldwijd. Maak dat wij niet in de schulp kruipen van een eng nationalisme of een drang naar gesloten grenzen. Maar inspireer uw Kerk door uw leven gevende Geest tot een wereldwijde dienende Kerk, naar het voorbeeld van Jezus Christus, onze Heer. Amen.