Belastinggeld | weekend 21-22 oktober

Toen gingen de Farizeeën onder elkaar beraadslagen hoe ze Hem in de val konden laten lopen. Zij stuurden hun leerlingen met de Herodianen op Hem af met de vraag: “Meester, wij weten dat Gij oprecht zijt en de weg van God in oprechtheid leert; en Gij stoort U aan niemand, want Gij ziet de mensen niet naar de ogen.

Zegt ons daarom: Wat dunkt U, is het geoorloofd belasting te betalen aan de keizer of niet?” Maar Jezus doorzag hun valsheid en zei: “Waarom probeert gij Mij te vangen, gij huichelaars? Laat Mij de belastingmunt eens zien.” Zij hielden Hem een denarie voor. Hij vroeg hun: “Van wie is deze beeldenaar en het opschrift?” Zij antwoordden: “Van de keizer.” Daarop sprak Hij tot hen: “Geeft dan aan de keizer wat de keizer toekomt, en aan God wat God toekomt.” Toen zij dit hoorden, stonden zij verwonderd; zij lieten Hem met rust en gingen heen. (Matteüs 22,15-21)

Met de vraag of het wel geoorloofd is belastingen te betalen aan de keizer, hopen enkele vooraanstaande joden Jezus in het nauw te drijven. Zegt hij ja, dan erkent Hij de keizer terwijl voor de echte joden alleen God Koning is. Zegt Hij geen belastingen te betalen, dan kan men Hem als opstandeling overleveren aan de Romeinen. Maar Jezus is slimmer dan dat, Hij toont een muntstuk en zegt: geef aan de keizer wat de keizer toekomt en aan God wat God toekomt. Hetgeen de keizer toekomt, is wat belastingsgeld. 

Maar wat krijgt God dan? God krijgt wat van God is. Voor christenen die het leven zien als een geschenk van God, betekent het dus dat we ook ons leven aan God mogen geven. Is het niet zo dat elke mens beeld van God is, zoals een muntstuk het beeld van de keizer draagt? 

Beeld van God zijn, moeten we dat niet waarmaken door er te zijn voor elkaar, dienstbaar te zijn voor de samenleving, de Kerk en elkaar. Wat aan God toekomt, is veel meer: het gaat om ons zijn. Voor God hoeven we niet te presteren. Wat we aan God geven, elke dag opnieuw, gaat over wie we zijn. 

Wie zijn we? We kunnen op deze vraag geen antwoord geven zonder een antwoord te geven op wie we zijn voor anderen. Hoe staan wij in het leven? Zijn wij als “beeld van God” wegwijzers naar Hem? Zijn wij er voor anderen of zijn wij er voor onszelf ? De vraag “Wiens beeld zijn wij ?” moet in ons hart blijven branden. Voor het antwoord kunnen we enkel bij Jezus terecht. In Hem ontdekken wij ons eigen beeld, ons diepste wezen. Ieder van ons is geschapen naar Gods beeld en gelijkenis. Ieder van ons is geroepen om voor anderen zichtbaar te maken dat wij geloven in een God van liefde. 

Geloven is een manier van leven. Ons leven, onze liefde voor elkaar, onze zorg voor de schepping, zouden moeten spreken van God. 

God geven wat Hem toekomt, wil zeggen dat wij ons inzetten voor een betere wereld en dat wij onze vriendschap aanbieden, vooral aan de armsten en kleinsten onder ons, zoals Jezus dat ook gedaan heeft. 

Lieve God, we danken U voor onze kerk.
Dank U dat wij hier mogen samen komen.
En dank U dat Jezus bij ons op bezoek wilt komen.
Open ons hart voor de mensen en voor U. Amen.diaken Julien