Ubi caritas, Deus ibi est | weekend 3-4 juni
Zozeer immers heeft God de wereld liefgehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat al wie in Hem gelooft niet verloren zal gaan, maar eeuwig leven zal hebben. God heeft zijn Zoon niet naar de wereld gezonden om de wereld te oordelen, maar opdat de wereld door Hem zou worden gered. (Johannes 3,16-17)
Hoe moeten wij ons God voorstellen? Als we over God willen spreken, dan staan we op de eerste plaats met onze mond vol tanden. Niemand van ons heeft God gezien. Hoe zouden wij God kunnen vatten met ons beperkte verstand? Als we dan toch iets willen zeggen over God dan grijpen we naar beelden: ‘God als een goede Herder, God als een strenge rechter die oordeelt over de mens, God als een lieve oude man met een lange witte baard.’
Beweging van liefde
Zo is de voorstelling van de Drie-ene God ook een beeld waarmee wij iets over God willen vertellen. Dit beeld maakt ons duidelijk dat God niet iemand is die alléén, onbewogen ergens ver weg in de hemel is. Neen, God is gemeenschap, een liefdevolle gemeenschap. Tussen Vader, Zoon en Heilige Geest is er een beweging van liefde. Deze liefdevolle gemeenschap, die God in zichzelf is, houdt echter niet bij God op. De beweging van liefde, die in God is, omvat heel de kosmos, heel de aarde en alle mensen. Zozeer immers heeft God de wereld liefgehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat al wie in Hem gelooft niet verloren zal gaan.
Als we God zo denken, dan krijgt de vraag ‘Waar is God?’ een geheel eigen invulling. De oude Mechelse catechismus gaf op deze vraag het volgende antwoord: God is overal: in de hemel, op de aarde, en op alle plaatsen. Echter als we God denken als een Drie-ene God, als een gemeenschap van liefde, dan is God overal daar waar er een gemeenschap van liefde ontstaat. Overal waar deze gemeenschap in ruzie en haat verbrokkelt, daar is God afwezig. Dus is God in de hemel, aan de andere zijde van de dood. Want wij geloven dat God samen met onze dierbare overledenen een gemeenschap van liefde vormt en dat wij zelf eens tot die gemeenschap zullen behoren. In die zin is God in de hemel, te midden van de gemeenschap van heiligen.
Liefdevolle gemeenschap
Maar God is ook op de aarde. Want op aarde zijn er ook veel liefdevolle gemeenschappen. Deze liefdevolle gemeenschappen zijn niet perfect. Maar dat de liefde de dragende grond ervan is, is onbetwistbaar. In de liefdevolle gemeenschap tussen man en vrouw, daar is God aanwezig. De liefde van ouders voor hun kinderen, behoren tot de liefdevolle ruimte die God is. Maar ook een buurt of een school of een jeugdbeweging of een voetbalploeg: kunnen allemaal liefdevolle gemeenschappen zijn. Dus is God daar aanwezig. Zeker is Hij aanwezig als wij ons ontfermen over een mens die in nood is: een vereenzaamde zieke, een angstig kind, een radeloze student, een depressief persoon … Dit soort liefdevolle gemeenschappen is zeker een deel van die overweldigende liefdesgemeenschap die God zelf is.
Tot slot: ‘Is God aanwezig in de Kerk?’ Ja en neen. Ook de Kerk is geen perfecte gemeenschap. Maar de dragende grond van de Kerk is liefde. Dus is God aanwezig in zijn Kerk. Daar waar de kerk ontspoort in machtswellust, bezitsdrang of geldingsdrang, daar verdwijnt de Drie-ene God. Daar is leegte. De leegte van de liefdeloosheid.
Liefdesverwanten
Tijdens een eucharistieviering worden wij meermaals aangesproken met broeders en zusters. Niet omdat wij bloedverwanten zijn, maar wel omdat wij liefdesverwanten zijn, met God in ons midden. Of zoals het Gregoriaanse kerklied, dat tijdens de voetwassing op Witte Donderdag gezongen wordt, klinkt:“Ubi caritas et amor, Deus ibi est. Waar vriendschap heerst en liefde, daar is God.”
Waar vriendschap heerst en liefde, daar is God.
Christus’ liefde heeft ons tot eenheid gebracht.
Laat ons juichen en blij zijn in Hem.
Laat ons, Hem vrezend, oprecht beminnen de God die leeft.
en van harte goed zijn met elkaar.
Waar vriendschap heerst en liefde, daar is God.
Laat ons dus, nu we hier te samen zijn
Zorgen dat er geen verdeeldheid heerst.
Geen wrok meer, geen onenigheid,
Moge Christus in ons midden zijn.
Waar vriendschap heerst en liefde, daar is God.
O Christus, God, toon ons uw heerlijkheid,
met uw heiligen die bij U zijn.
Die vreugde zal zuiver zijn en zonder maat,
en duren tot in eeuwigheid. Amen.