Mensen dragen elkaar … hoop! | weekend 20-21 december

bezoek Engel – dekenaat Genk

De geboorte van Jezus Christus vond plaats op deze wijze. Toen zijn moeder Maria verloofd was met Jozef, bleek zij, voordat ze gingen samenwonen, zwanger van de heilige Geest.

Omdat Jozef, haar man, rechtschapen was en haar niet in opspraak wilde brengen, dacht hij er over in stilte van haar te scheiden. Terwijl hij dit overwoog, verscheen hem in een droom een engel van de Heer die tot hem sprak: “Jozef, zoon van David, wees niet bevreesd Maria, uw vrouw, tot u te nemen; het kind in haar schoot is van de heilige Geest. Zij zal een zoon ter wereld brengen die gij Jezus moet noemen, want Hij zal zijn volk redden uit hun zonden.” Dit alles is geschied, opdat vervuld zou worden wat de Heer gesproken heeft door de profeet, die zegt: Zie, de maagd zal zwanger worden en een zoon ter wereld brengen en men zal Hem de naam Immanuël geven. Dat is in vertaling: God met ons. Ontwaakt uit de slaap deed Jozef zoals de engel van de Heer hem bevolen had en nam zijn vrouw tot zich. (Matteüs Mt. 1, 18-24)

We zijn deze Advent begonnen met het erkennen van onze kwetsbaarheid. De volgende stap was het ervaren van onze veerkracht, als een spoor van goddelijke energie. Dat geeft ons de moed om telkens opnieuw te beginnen, zoals God ook telkens opnieuw begint met ons. Deze vierde adventszondag loopt onze adventsweg uit op de vraag wat dit alles betekent voor ons leven van elke dag.

Vertrouwen stellen op God

We zoeken een antwoord door te kijken naar het contrast tussen koning Achaz in de eerste lezing van profeet Jesaja en Jozef in het Evangelie van Marcus.
De profeet Jesaja nodigt koning Achaz uit om zijn vertrouwen niet te stellen op zijn militaire kracht, maar wel op God. De weigering van koning Achaz om een teken te vragen lijkt een daad van oprecht geloof; maar in wezen is het een keuze om zich van God af te sluiten. God geeft toch een teken: zijn jonge vrouw Abi(a) wordt zwanger. In oorlogstijd een kind op de wereld zetten is inderdaad een teken van hoop en geloof. En daarom krijgt dit kind de naam Immanuël, ‘God-met-ons’ …

Openstaan voor God

In het Evangelie van vandaag staat Jozef centraal. Jozef voelt dat Maria iets met God heeft en daarom wil hij zich bescheiden terugtrekken. Dit is geen vlucht, maar een daad van respect.
In tegenstelling tot Achaz is Jozef een mens die openstaat voor God. In symbooltaal wordt dat dan: ‘hij krijgt een droom’, ‘een engel verschijnt’ …
En steeds weer volgt: Jozef doet wat God van hem verlangt; hij speelt in op wat gebeurt en schept zo de ruimte waarin het wonder kan gebeuren.
Bovendien benoemt Jozef het wonder, hij geeft het kind van Maria namen vol geloof: ‘God redt’ en ‘God met ons’.
We kunnen in het leven staan zoals koning Achaz: voor onszelf alles goed onder controle houden, onze eigen broodjes bakken … en God staat buitenspel.
Ofwel staan we in het leven zoals Jozef: attent, gevoelig voor Gods verlangen … en daarop inspelen.

Er voor elkaar zijn

Ja, wat zou God vandaag van ons verlangen? In onze familie, in onze buurt, in onze parochie, in onze stad? Het heeft te maken met: er voor elkaar zijn, zoals God er voor ons wil zijn; elkaar dragen, zoals we geloven dat God ons draagt.
Zien we mensen om ons heen die iets van dat verlangen waarmaken, ook al is met maar klein en broos?
En durven we dat kleine goede benoemen, een naam geven, misschien zelfs als ‘God met ons’, ‘God laat zijn mensen nooit los’?
We zijn klaar om straks Kerstmis te vieren!

God van Advent, God die naar ons toekomt,
U roept ons, mensen, om elkaar te dragen in het leven:
de ene keer worden wij gedragen,
een andere keer mogen wij anderen dragen.
Laat ons in die warme nabijheid U herkennen
als bron van hoop en nieuw leven. Amen.

deken Luc Herbots