Maria en Johannes de Doper | weekend 4-5 december
In die tijd kwam het woord van God over Johannes, de zoon van Zacharias die in de woestijn verbleef. Hij begon op te treden in heel de Jordaanstreek en een doopsel van bekering te preken tot vergeving van zonden, volgens de profetie die geschreven staat in het boek van Jesaja:
‘Een stem roept in de woestijn: bereidt de weg van de Heer, maakt zijn paden recht. Elke dal moet gevuld, elke berg of heuvel geslecht worden; de kronkelpaden moeten recht, de ruwe wegen effen worden. Heel de mensheid zal Gods redding zien.’ (Lucas 3,3-6)
Vanuit welk perspectief kijken wij naar het leven? Hoe is onze blik gericht? Is onze blik op het leven eerder gericht op vandaag, het heden, of is onze blik eerder gericht op het verleden of op de toekomst?
Wanneer wij vol zijn van het heden, dan zal onze blik niet verder reiken dan het geluk en het welzijn dat wij nu vandaag kennen en dat wij bestendigd willen zien. Maar het kan ook zijn dat onze blik vol heimwee naar het verleden is gericht. Omdat wij betere herinneringen aan het verleden hebben, dan aan het heden. We spreken dan van de goede oude tijd en hebben te weinig oog voor het goede dat zich afspeelt in het leven en de samenleving van vandaag. Wij kunnen onze blik ook richten op een toekomst. En deze toekomst rooskleurig inkleuren vanuit de verwachting dat het morgen allemaal beter zal zijn, dan gisteren of vandaag.
Vierde perspectief
Verleden, heden en toekomst het zijn drie perspectieven, drie wijzen om naar het leven te kijken. Christenen echter kijken naar het leven vanuit een geheel ander perspectief; als het ware vanuit een vierde perspectief. Een perspectief dat het nostalgische verleden, het oppervlakkige heden of de rooskleurige toekomst overstijgt. Christenen leven vanuit een ander vierde perspectief, omdat zij uitzien naar een leven waarin niet zij, maar Christus zelf, het laatste woord over heeft.
De blik van christenen is, zowel in goede als in kwade dagen, steeds gericht op Christus zelf. Dit vierde perspectief is echter geen vanzelfsprekend perspectief.
Daarom staan in de Advent altijd twee figuren centraal die ons op die wijze helpen kijken naar het leven. Die twee figuren zijn Maria, de moeder van Jezus en Johannes de Doper.
Het hart van Maria is vol van Jezus; zoals het hart van elke moeder vol is van het kind dat zij in haar schoot verwacht. Samen met Maria kijken we uit naar de geboorte van haar zoon met Kerstmis. Zoals Jezus ‘alles’ voor haar was; zo mag Christus doorheen het leven meer en meer alles voor ons worden.
Gods reddende hand
De tweede adventsfiguur die – elk jaar opnieuw – onze blik richt op Jezus is Johannes de Doper. Zijn hoop mag ook onze hoop worden: “Heel de mensheid zal Gods redding zien.” Wij mogen Gods reddende hand zien in de geboorte van een kind; in het leven van Jezus Christus.
De verwachting van Maria en de hoop van Johannes de Doper is het perspectief van waaruit ook wij naar het leven mogen kijken. Vanuit dit vierde perspectief van “verwachting en hoop” kijken we ook naar het feest van Kerstmis. Dan wordt Kerstmis voor ons meer dan alleen maar een gezellig familiefeest met pakjes onder de kerstboom.
Goede God, samen met Maria en Johannes de Doper kijken we uit naar Kerstmis, het geboortefeest van onze Redder, Jezus Christus, onze Heer en Heiland.