Aandacht | weekend 23-24 mei
Daaronder is de evangeliebezinning als tekst te lezen.
Op zondag 24 mei is om 10 uur live de eucharistieviering vanuit de crypte van de dekenale kerk te volgen op deze pagina. De tekst van de viering staat ernaast.
Nadat Jezus ten hemel was opgenomen keerden de apostelen van de Olijfberg naar Jeruzalem terug. Deze berg ligt dichtbij Jeruzalem op sabbatsafstand.
Daar aangekomen gingen zij naar de bovenzaal waar ze verblijf hielden: Petrus en Johannes, Jakobus en Andreas, Filippus en Thomas, Bartholomeüs en Matteüs, Jakobus, zoon van Alfeüs, Simon de IJveraar en Judas, de broer van Jakobus. Zij allen bleven eensgezind volharden in het gebed, samen met de vrouwen, Maria, de moeder van Jezus, en met zijn broeders. (Hand. 1,12-14)
Ontmoeting met God
De drastische maatregelen ter bestrijding van Covid-19 begon voor vele mensen te zwaar door te wegen. Daarom liet de overheid vanaf 10 mei opnieuw wat meer sociale contacten toe, volgens de regel van vier. Maximum vier personen, steeds dezelfde, mochten op bezoek komen. Een verademing, want het afgescheiden zijn van activiteiten en van mensen werd als een leegte ervaren. Toch moet deze ervaring niet noodzakelijk negatief zijn. Reeds in het vroege christendom trokken monniken zich terug in de woestijn, afgescheiden van de dagdagelijkse activiteiten en van medemensen, om daar God te zoeken en te ontmoeten. De woestijn kan de plaats zijn van zinloze leegte en ontreddering, maar even goed de plaats van de ontmoeting met God. Tenminste toch als de monnik erin slaagde om te volharden in het gebed. Dat was ook wat de leerlingen en de vrouwen deden na de hemelvaart van Jezus. Ze trokken zich terug in de bovenzaal, afgescheiden van het drukke mensenverkeer in Jeruzalem, om te volharden in gebed. Want doorheen gebed wordt de aandacht van de mens op scherp gezet. Hij wordt uiterst gevoelig voor Gods aanwezigheid in de wereld, in het leven van elke dag en in het leven van medemensen, vooral de meest kleine en kwetsbare. De bovenzaal, de woestijn, het klooster, het lege kerkgebouw, het op z’n kot blijven omwille van Covid-19: kunnen allemaal plaatsen zijn waar men aandachtiger wordt.
Waardevolle ervaring
Dit aandachtiger worden geldt ook voor de vele studenten die plots van achter hun computer onderwijs kregen. Want ook zij moesten van de een op de andere dag op hun kot blijven, afgescheiden van hun leeftijds- en klasgenoten. Ook voor hen is dit een ingrijpende, maar misschien toch waardevolle ervaring. Want studeren kan ook een oefening in aandacht zijn, die studenten dichter bij God brengen. Kardinaal Basil Hume, een benedictijn, heeft daarover een mooie ‘theologie van het studeren’ ontwikkeld. Hij schreef hierover: ‘Studie is nooit tijdverlies … het is belangrijk om in te zien dat elke zoeken naar waarheid, een zoeken naar God is. Want achter elke kennis moet er een basisprincipe schuilgaan dat noodzakelijk is om deze kennis te verlichten en te verklaren. Er is geen kennis die uiteindelijk niet kan en zal leiden naar God. Er bestaat geen kennis die niet door gebed verlicht kan worden, geen kennis die niet gezien kan worden als een delen in de geest van God. En daarom kan en zal studie, zelfs die zaken die niet onmiddellijk met God te maken hebben, ons tot gebed brengen. Het is belangrijk deze idealen omtrent studie te koesteren, want anders wordt het snel gezien als een eentonig iets waar men jammer genoeg niet onderuit kan.’ (Conferentie Basil Hume 1964)
Wanneer Covid-19 is uitgeraasd, kan men vervolgens de stap zetten vanuit de woestijn terug naar het marktplein. Met des te grotere aandacht zal men dan kunnen onderscheiden welke drukke activiteiten in de agenda er toe doen en welke niet. Met des te grotere aandacht zal men zijn medemensen kunnen ontmoeten vanuit een echte warme nabijheid, ondanks de geldende anderhalve meter veiligheidsafstand.
Goede God, laat in stilte en gebed onze aandacht groeien voor de diepste noden van onze medemensen, opdat we hen echt warm nabij kunnen zijn in hun zoektocht naar zin, liefde en nabijheid van U, God. Amen.